Riomaggiore is vanaf La Spezia gezien het eerste dorpje waar de Cinque Terre Express ons brengt. Een treinritje van een klein kwartier door de bergen brengt ons op het stationnetje. Oud en zeker niet te vergelijken met Amsterdam Centraal, maar als je het aantal toeristen telt toch ook weer wel. De rit is voornamelijk donker en op een gegeven moment schrik je van de oogverblindend blauwe zee. In één woord prachtig.
Waar slapen we?
We overnachten in een Airbnb. Claudia, onze host, wacht ons op bij het stationnetje en brengt ons door de smalle straatjes van Riomaggiore naar het appartement. Er zijn niet veel hotels in Cinque Terre en de hotels die er zijn, zijn vol of poepieduur. Bed & Breakfasts en Airbnb’s zijn er wel volop. In het hoogseizoen betaal je voor een appartement in Riomaggiore minstens 60 euro per nacht, maar dan heb je het nog goed gedaan.

Het leuke aan een Airbnb is dat je meestal tussen de ‘locals’ zit. Al moet ik zeggen dat ik die niet erg veel gezien heb in Riomaggiore. Alleen iedere middag om vier uur een omaatje dat vanaf haar balkon iedereen in de gaten hield, en een knappe Italiaanse dame waar iedere ober met grote ogen naar keek.
Wat ontbijten we?
Ontbijt is niet echt een ding in Italië. Een cappuccino met een aantal koekjes is normaal, maar in Rio (want zo zijn we het na een aantal dagen gaan noemen) heb je heuse ‘continentale’ ontbijten. Muffins, donuts, yoghurt met ontbijtgranen, tosti’s en cannoli siciliani. Een typisch gebakje van Sicilië wat je hier niet zou verwachten, maar we klagen niet.
Bij onze Airbnb krijgen we als ontbijt voorverpakte toastjes, chocoladekoekjes, een verpakt croissantje gevuld met crème of jam en een paar kuipjes honing en jam. We gaan voor de cannoli met een cappuccino gelijk om de hoek bij ons appartement.

Wat doen we?
Riomaggiore is een bruisend stadje. De sfeer is er gemoedelijk en boven aan de heuvel is een kerkje en onder aan de heuvel de zee. En de haven. Waar je drie ‘diving shops’ vindt, een kanoverhuur en een mannetje – Alfredo – die tochten met een bootje organiseert. Als je 20 euro extra betaalt neemt hij zelfs een flesje wijn en hapjes mee. Een echt strand is er niet. Het zijn vooral stenen en rotsen.
Je kan zwemmen in de haven, waar je door minstens 100 toeristen per minuut bekeken zal worden maar je wel leuk van de hoge rotsen kan springen. Je kan óók de heuvel om wandelen en neerploffen op een rots en zwemmen in de kraakheldere zee. Dat is een pluspunt van ‘stranden’ met stenen: het water is helder als glas.
Je kan ook wandelen over de Via dell’amore, de bekende wandelroute van Riomaggiore naar Manarola. Maar die is nu niet helemaal open. Dat is geen gemis. De uitzichten die je vanaf de rotsen van Rio hebt, zijn al fantastisch.
Tip: ga aan het einde van de dag naar het strandje aan de andere kant van de heuvel (dit wijst zich vanzelf). Je kan zwemmen en ondertussen de zon onder zien gaan. Echt enig. Het is leuk om bij de plaatselijke supermarkt een drankje en wat lekkere hapjes te kopen en ’s avonds op een rots te gaan zitten om te genieten. Met het geluid van de razende zee op de achtergrond.
Op de één na laatste dag huren we een kano. We hebben het ludieke idee om de boottocht van Alfredo over te slaan en zelf langs alle dorpjes te varen. De heenweg was leuk. Op de terugweg misten we Alfredo en zijn hapjes toch een beetje.

Waar eten we?
Opvallend, en nieuw voor mij, is het fenomeen snackbar. Tuurlijk ken ik de Friet van Piet bij mijzelf om de hoek, maar in Italië had ik nog nooit een tentje gezien wat ook daadwerkelijk de titel snackbar droeg. In Riomaggiore alleen al waren er vier. De specialiteiten: gefrituurde vis met frietjes. Op de eerste dag kozen mijn gezelschap en ik hiervoor. Het was lekker en voor Italiaanse begrippen erg modern, we konden er zelfs pinnen. Verder: pizza’s, pasta’s en ga zo maar door.
In Riomaggiore heb je een hoofdstraat met een aantal restaurants. Het ene is te herkennen aan de vele Amerikanen. Het andere is te herkennen aan de knappe obers en het lekkere ontbijt. Er zijn veel verschillende restaurants in Rio met voor elk wat wils. Verwacht veel verse vis. Chique dineren met smetteloos witte tafelkleedjes: ook dat kan. Snel dineren met enkel een bordje pasta wat in Italië een voorgerecht is en een rekening van 25 euro (voor twee man) hebben: ook dat kan. Nog sneller dineren met een pizza to go: ook dat kan.

Waar drinken we?
We zijn in Italië dus zonder limoncello gaan we niet naar huis. Riomaggiore staat bekend als het dorpje met het grootste uitgaansleven waar je goed kan doorzakken. Er zijn twee barretjes die tot laat open zijn en waar je cocktails en andere spannende dingen kan drinken. De gemiddelde leeftijd is er ook lager dan bij andere etablissementen en de muziek staat er net wat luider. We drinken de klassiekers: een aperol spritz en een mojito. Met de aperol vervangen door limoncello en de mint in de mojito vervangen door basilicum. Heel Italiaans.
3 Comments
Leave a Reply3 Pings & Trackbacks
Pingback:Dag 3: Vernazza - Cinque Terre in 5 dagen - DitIsItalie.nl
Pingback:Dag 5: Cinque Terre in 5 dagen - DitIsItalie.nl
Pingback:Dag 2: Monterosso al Mare - Cinque Terre in 5 dagen - DitIsItalie.nl