in

Een Italiaans examen

Het examen Italiaans uit Siena voor buitenlanders

Een Italiaans examen doen

Een universitair examen doen? Dat klinkt voor veel mensen spannend. Toch is het CILS-examen leuk om te doen. Juist om je plezier erin te behouden, in het leren van je Italiaans door het behalen van zo’n succes. Het CILS-examen is eigenlijk helemaal niet zo moeilijk, als je je goed voorbereidt. Als je weet wat je kunt verwachten. Dat ga ik jullie vertellen in dit blog en dan kunnen jullie het ook!

Bereid je er allereerst op voor dat het een lang, serieus en uitputtend examen is. Dat geld zeker voor de hogere niveaus, maar ook al voor A1/A2 ben je toch minimaal 3 uur bezig.

Dat komt doordat een examen uit 5 onderdelen bestaat, die afzonderlijk ook weer uit 2, 3 of 4 onderdelen bestaan. In Italië zijn dit soort lange examens meer gewoon dan in Nederland. Nou is er over Nederlandse examens ook wel wat te zeggen volgens de Italianen. Het is maar net hoe je het gewend bent. 

Dit blog is opgedeeld in 3 delen: Het CILS-examen, het PLIDA-examen en mijn persoonlijke ervaringen met Italiaanse examens.

Het CILS-examen

Het CILS examen is een toets van de Università per Stranieri di Siena. De Universiteit voor Buitenlanders van Siena. De toets is er in 6 verschillende niveaus. Van A1 tot C2. Die niveaus zijn opgesteld door de Europese Unie. Het examen is zeker niet makkelijk, maar als je je goed voorbereid door het maken van oefentoetsen is het te doen en voor iedereen haalbaar. 

Een lang examen

Een toets bestaat uit 5 onderdelen: luisteren, lezen, een onderdeel dat ‘analyse van de communicatiestructuren’ heet (Italianen houden van dure woorden, laat je er niet door intimideren), schrijven en spreken.

Het eerste onderdeel – Luisteren – bestaat uit 2 of 3 subonderdelen waarbij je doorgaans meerkeuzevragen moet beantwoorden over een luisterfragment. Soms vragen ze je wat te schrijven over wat je hebt gehoord.

Bij A1 zijn dit fragmenten over ‘bij de kapper’, ‘bij de bloemist’ of ‘bij de apotheek’. Je hoort dan een fragment en moet aankruisen waar het zich afspeelt. Bij A2 moet je al meer inhoudelijke vragen gaan beantwoorden, het wordt natuurlijk steeds moeilijker.

Bij het tweede onderdeel – Lezen –  lees je wat tekstjes, waar je ook meerkeuzevragen over moet beantwoorden. Voor A1 zijn het brochureteksten, korte toeristische flyers voor bepaalde events bijvoorbeeld. Niks nieuws dus eigenlijk.

Bij het derde onderdeel – Analyse van de communicatiestructuren – , krijg je 3 verschillende teksten voor je neus waaruit woorden zijn weggelaten. Eigenlijk is dit vooral een grammatica-onderdeel. Je moet dan kiezen voor bijvoorbeeld lidwoorden voor niveau A1, voorzetsels voor A2 en bijwoorden en verbindingswoorden en bijwoorden voor niveau C2.

Bij een tweede fragment moet je de juiste vorm van het werkwoord invullen. Dat kan de tegenwoordige tijd van essere of avere zijn voor A1, of de congiuntivo trapassato van piacere voor B2.

Bij het derde fragment van dit onderdeel kun je kiezen voor verschillende zelfstandig naamwoorden in een meerkeuze-optie. Die horen dan bij een tekst waarin gaten zitten. Dit vond ik zelf altijd erg leuk om te oefenen. Iedereen heeft natuurlijk zijn favoriete onderdeel bij zo’n lange toets 🙂

Ook moet je een brief schrijven, het vierde onderdeel. Dit kan zijn het voorstellen van jezelf voor A1, het sturen van een vakantiebrief voor A2 tot een brief naar de gemeente waarin je je beklag doet over een gat in de weg in Rome waardoor je een ongeluk hebt gehad, voor C2.

Heb je deze 4 onderdelen gehad dan ben je doorgaans al 2 tot 4 uur bezig geweest. Je mag dan even pauze nemen en je gaan voorbereiden op een mondeling gesprek met de examinator. Ook hier zul je je voor niveau A1 jezelf moeten voorstellen.

Je vertelt wie je bent, iets over familie of vrienden of je hobby of waarom je graag naar Italië gaat. Bij het tweede onderdeel moet je een foto beschrijven die je voor je neus krijgt. Dit duurt maar circa 5 minuten, het hele mondeling. Bij niveau C2 zul je je mening moeten kunnen geven over een ingewikkeld wetenschappelijk of politiek fenomeen. Dit mondeling wordt opgenomen en opgestuurd naar Siena.

Oefentoetsen

Het beste kun je je voorbereiden door middel van de boeken met oefentoetsen van Guerra Edizioni. De Quaderni CILS. Door een oefentoets te maken weet je beter wat je kunt verwachten en is de kans groter dat je het examen succesvol afsluit.

Op de website van de Universiteit van Siena kun je oefentoetsen vinden voor de verschillende niveaus. Kijk daar goed naar je eigen niveau zodat je je op maat kunt voorbereiden. Ook kun je daar nog meer informatie vinden over het CILS-examen, tevens in het Engels.

Pieken

Naast een goede voorbereiding: het perfectioneren van je vaardigheden en zorgen dat je controle hierover hebt moet je pieken op het juiste moment. Dat is ook een mentale mindset. Het zou zomaar kunnen dat je in de Italiaanse situatie van het examen wordt geconfronteerd met onverwachte omstandigheden.

Examen doen gaat op zijn Italiaans. Mensen kunnen te laat komen, wellicht zit je in een ruimte waar lawaai is, is niet iedereen op tijd, is er geen goede ruimte. Bedenk het maar. Ik heb aardig wat meegemaakt op dat gebied. Italianen gaan dan improviseren en jij moet je niet laten afleiden door deze dingen. Doe je ding, laat die Italianen op dit gebied voor wat ze zijn en zorg dat je scoort! Succes!

Het hele officiële examen wordt opgestuurd naar Siena, waar de docenten het nakijken. Na circa 3 maanden kun je de uitslag verwachten. Dat is best lang, maar je moet bedenken dat het een gecentraliseerd officieel examen is dat overal in de wereld wordt gemaakt. Het is een staatsexamen dat ook door immigranten wordt gemaakt in Italië, aanstaande universitaire studenten uit Japan, you name it. Je bent onderdeel geworden van een hele Italiaanse subcultuur. Die van half-Italianen. Geniet er maar van.

Een PLIDA-examen

Een PLIDA-examen is het examen van het Istituto Dante Alighieri. Een Italiaans instituut dat wereldwijd is verspreid in allerlei lokale afdelingen. Zo zijn er in de buurt van Schoonhoven Dante instituten in Rotterdam en Utrecht. Het Dante instituut heeft als doel de kennis over de Italiaanse taal en cultuur te verspreiden en is vernoemd naar Dante Alighieri, de beroemde dichter uit de Middeleeuwen. Het PLIDA (afkorting voor Progetto Lingua Italiana Dante Alighieri) is het officiële examen van de Dante vereniging en toetst de verschillende niveaus van het ERK. Je kunt echter niet bij alle Dante Instituten het examen afleggen. Het kan ieg in Amersfoort en Den Haag/Leiden. De examens worden eind mei en eind November afgenomen. Je dient lid te worden van het Dante Instituut om het examen af te kunnen nemen. Dit kost overigens niet veel en kan je ook leuke voordelen brengen.

Onderdelen en kenmerken van het PLIDA

De toets bestaat uit 4 onderdelen: lezen, luisteren, spreken en schrijven. Om te slagen voor een van de onderdelen moet je 18 van de 30 punten halen op het betreffende onderdeel. De complete toets bestaat dus uit 120 punten. Daarvan moet je er 72 halen om een voldoende te scoren.  Er is een speciale PLIDA toets voor adolescenten tussen 13 en 18 jaar. Het examen is iets goedkoper dan het CILS examen. Je kunt ook, bij onvoldoende van een onderdeel, een onderdeel apart herkansen.

Het PLIDA maakt voor de A1 en A2 examens vrij veel gebruik van afbeeldingen in de toetsen, bij alle onderdelen. Het is een sterk visueel ingesteld examen. Ze laten dan plaatjes zien en willen je over die plaatjes laten praten of er conclusies over laten trekken. Het CILS-examen van de Universiteit van Siena is minder visueel ingericht en meer ingesteld op woorden. Die plaatjes van het PLIDA zijn erg gericht op concrete en huishoudelijke zaken. Abstracte concepten zijn immers minder makkelijk te vangen in een plaatje en zijn voor de meer gevorderde niveaus. Hoewel je in Italië wellicht nooit met iemand praat over stofzuigen, de was ophangen of boodschappen doen, kun je je beter wel voorbereiden op die manier. Onder de volgende link vind je voorbeelden van PLIDA-examens van voorgaande jaren.

Criteria in de beoordeling

Belangrijk bij het schriftelijk is bijvoorbeeld of je een coherent verhaal hebt en de correctheid van je grammatica. Deze wegen het zwaarste. Bij het CILS examen speelt de efficiënte van je boodschap (ben je in staat om iets te communiceren) een grotere rol, dus wees je bewust van de verschillen tussen de verschillende Italiaanse examens. Ook weegt bij het PLIDA (net als bij het CILS) het de rijkdom van je woordenschat mee,  en of je je de juiste toon in de juiste context weet aan te slaan (denk daarbij aan het vousvoyeren in formele situaties). Als je dezelfde fout verschillende keren maakt, worden deze maar eenmaal geteld.

Bij het mondeling speelt bij het PLIDA de fluency een belangrijke rol in de beoordeling. Aarzel je vaak, struikel je over je woorden en is het daarmee voor een Italiaan vermoeiend om naar te luisteren? Nogmaals een verschil met het CILS examen. Bij het CILS examen staat de effectiviteit van de communicatie centraal (waar fluency ook in zit natuurlijk) maar ook de uitspraak van woorden zelf wordt bij het CILS afzonderlijk beoordeeld. Ik sluit het dus niet uit dat je, naar gelang je kwaliteiten, het CILS examen wel en het PLIDA examen niet kunt halen (of andersom). Het mondeling van het PLIDA duurt iets langer dan die van het CILS

Klaar?

De toets wordt opgestuurd naar Italie en na enkele weken krijg je je resultaat. Bij behalen van het examen krijg je een mooi certificaat.

Mijn ervaring met Italiaanse examens

Toen ik in 2001 begon met mijn eerste Italiaanse examen bij het Istituto di Cultura werd het me al vrij snel duidelijk dat een Italiaans examen serious business is. Ik moest verschillende onderdelen afronden (schriftelijk, mondeling, luistervaardigheid etc) en het duurde allemaal erg lang, een hele dag. Vooral het mondeling examen vond ik indrukwekkend. Dat had ik tot dan toe slechts enkele keren gedaan op de middelbare school, maar dat was natuurlijk altijd in het Nederlands geweest. De Italianen die het mondeling examen afnamen waren er niet op uit me op mijn gemak te stellen en waren nogal formeel en zweterig.

Examens voor Italianen, once upon a time

In de herfst van dat najaar deed ik mijn eerste examen in Bologna. Ik was eerstejaars studente, net als de andere Italianen. Het was een examen wetenschapsfilosofie. De universitaire examens die ik daar heb gedaan waren bijna allemaal mondelingen. Ik had me voor het examen in moeten schrijven door mijn naam te zetten op een lijst die hing in de gang van de universiteit. Diezelfde lijst werd uiteindelijk gebruikt voor het moment waarop je aan de beurt was. Stond je hoog in de lijst, dan was je snel aan de beurt. Stond je onderop dan moest je wachten totdat degenen voor jou aan de beurt waren geweest.

Ik had net een knappe vriendin uit Nederland op bezoek toen ik het examen moest doen. Zij wachtte op me in de gang terwijl ik naar binnen ging voor het examen. Deze werd afgelegd in de werkkamer van de docent. Er hing een blauwe walm van de rook. Terwijl hij me vragen stelde tikte hij ondertussen de as van zijn sigaar af in de asbak. De docent was welwillend. Hij had wel door dat mijn Italiaans nog niet zo goed was dus hij stelde voor dat hij, in plaats van enkele vragen waarop ik lang zou moeten antwoorden, meerdere vragen zou stellen die ik kort zou kunnen beantwoorden.

Italiaanse examens zijn een stuk zwaarder dan de Nederlandse. Bij aanvang van een cursus kreeg ik altijd een bibliografie van 2 kantjes met daarop alle verplichte en aanbevolen literatuur. Bij vrouwelijke docenten die minder coulant waren en wel gewoon monologen van me verwachtten (ik was toch geen Erasmus-student?) vond ik het een stuk moeilijker om zo’n hoge cijfers te halen en om überhaupt goed uit mijn woorden te komen terwijl ik de feitenkennis probeerde op te lepelen uit mijn hersens.

Ik zat destijds op niveau B1. Tegenwoordig is niveau B2 verplicht voor voltijdsstudenten aan de universiteit, en B1 voor Erasmus-studenten. Dat zorgt denk ik voor best wat hoofdbrekens bij de docenten die tentamens af moeten nemen, want deze studenten (Italianen en niet-Italianen die niet vloeiend de taal spreken) kunnen niet op een gelijkwaardige manier worden getoetst. Een complexe redenering met wetenschappelijke argumenten kun je gewoon niet formuleren op B1-niveau.

Later kreeg ik door dat Italiaanse studenten leren door mogelijke vragen van de docent te inventariseren en daarop dan antwoorden oefenen in een monoloog thuis. Ik kreeg een 30 voor het examen wetenschapsfilosofie (maximale puntenscore, 18 punten is voldoende), terwijl ik in Nederland altijd zeventjes haalde. Ik was erg blij, maar later heb ik me wel afgevraagd of dat cijfer terecht was. Kwam het doordat ik een blonde olandese was? Doordat ik mijn knappe vriendin had meegenomen? Kwam het doordat mijn mening hem wel aansprak en was het cijfer een uiting van zijn politieke instemming? Bij de mondelinge examens in Italië heb ik nooit iemand gezien met een griglia di valutazione, een soort formulier waarop formeel wordt bijgehouden wat ik wel of niet goed deed en vaak was de docent alleen. Het is een beetje natte vinger werk van de docent, want mondelinge examens zijn subjectiever daardoor.

Italiaanse docenten verwachten meer feitenkennis van hun studenten. Je moet heel veel, ontzettend veel uit je hoofd leren. Zo moest ik bij Romeinse geschiedenis alle Romeinse keizer weten wanneer ze regeerden en wie wie opvolgde en moest ik voor Griekse geschiedenis weten welke Siciliaanse steden door welke Griekse kolonisten waren gesticht. Minor details. Nederlandse examens gaan veel meer over het waarom dan over de poppetjes. In Nederland vragen ze naar sleutelfiguren, sleuteljaren en naar de nieuwste inzichten. In Italië kunnen ze vragen naar de naam van een concept uit een achterhaalde theorie of de naam en de jaartallen van een keizer die er weinig toe deed. Door deze manier van leren kon ik bij thuiskomst in Nederland wel indruk maken op mijn Nederlandse docent toen ik de jaartallen uit mijn hoofd wist van de 3 Punische oorlogen. Want in Italië had ik het op moeten geven. De complete Universiteit in Italië doen vanaf jaar 1 met niveau B1 en al die culturele verschillen, dat was te hoog gegrepen. Ik was teruggekeerd naar Nederland na 2 jaar.

Italiaanse examens voor buitenlanders – the sequel

Terug in Nederland gekomen in 2003 heb ik 15 jaar geen Italiaanse examens gedaan. Ik denk dat ik er wel even klaar mee was. De examens Italiaans aan de Universiteit van Utrecht waren Nederlandse examens. Schriftelijk, maximaal 1,5 uur en met mogelijke transparante inzage naderhand. In 2018 wenste ik echter toch mijn C2 te halen en ging me voorbereiden op het CILS C2-examen van de Universiteit van Siena. Dit examen bestaat uit 5 onderdelen en duurde uiteindelijk 5 uur. Dat was een lange dag. Niet alleen de grammatica moet goed zijn op dat niveau.

Ik heb me voorbereid op het schriftelijk onderdeel van dit examen door een online database van formele brieven te bestuderen. Brieven waarin mensen uitstel van betaling vragen, een declaratie indienen bij een verzekeringsmaatschappij of hun beklag doen over een overheidsdienst bijvoorbeeld. De database en variatie in mogelijkheden van formele problemen is nogal groot, dus dit kostte me wat tijd. Ik moest allemaal formules uit mijn hoofd leren die we in Nederland eigenlijk alleen passief lezen in formele brieven die we krijgen van bijvoorbeeld de Belastingdienst. Formules zoals: Gaarne vernemen wij in uw schrijven wanneer uw aanvangt met uw werkzaamheden. Italianen houden nogal van ambtelijk taalgebruik.

Voor het onderdeel leesvaardigheid moest ik een juridisch reglement kunnen begrijpen. Ik weet niet of u weet waar het over gaat als u bij de notaris bent. Gelukkig zijn veel Nederlandse instellingen zich er al van bewust dat dit soort taalgebruik vermeden dient te worden. Om het maar eens mooi te zeggen. Voor het mondelinge onderdeel oefende ik zoals ik Italiaanse studenten het in Italie had zien doen bij het leren voor hun examens: door monologen te oefenen, deze te registreren en terug te luisteren. Ik stelde dan mezelf een vraag: bijvoorbeeld: Wat vindt je van de ontkenning van de opwarming van de aarde in landelijke dagbladen? En dan moet je los kunnen gaan.

Examens voor Italianen – Che vissi felice e contenta?

Het C2-examen haalde ik, wonder boven wonder, en ik ging informeren naar het DITALS-certificaat. Weer een Italiaans examen, voor Italianen. Dit examen bestaat uit drie onderdelen. Daarvan heb ik er inmiddels al twee gehaald. Het certificaat wordt door veel Italiaanse studenten geambieerd die taalles willen geven aan buitenlanders. Het gaat over didactiek en linguistiek van de Italiaanse taal. Ondertussen spreek en schrijf ik goed Italiaans, dat mag ik nu wel zeggen. Dus dan zou ik toch ook een écht Italiaans examen moeten kunnen halen. Of zou de culturele barrière, de andere manier van toetsing me toch dwars blijven zitten?

Het DITALS-examen wordt in de praktijk door maar weinig buitenlanders afgelegd. Ik zou de 3e Nederlandse zijn die het zou halen, zo hoorde ik van mijn Italiaanse docent die de enige voorbereidingscursus geeft in Nederland. Dit examen vereist ook weer veel feitenkennis en dat is niet echt mijn ding. De bibliografie was twee kantjes (oké, niet alles is verplicht) en op het examen vragen ze naar de uitwerking van enkele details. Ook krijg je punten voor een mooie redenering. Puntsgewijs de feiten oplepelen is slechts goed voor een magere voldoende.

Ik maakte een begrippenlijst met 205 begrippen voor mezelf op Quizlet en op Facebook heb ik me aangemeld bij de optimistisch gestemde groep Ditalsisti disperati. De groep telt meer dan 7.000 leden. Ik voel me een echte Italiaanse door de gedeelde smart.

Maar nu ik waarschijnlijk ook de 2de keer ben gezakt voor het laatste onderdeel van het tentamen vraag ik me af of ik niet een masochist ben. Het derde onderdeel kan ik 4 keer per jaar binnen een periode van 3 jaar herkansen. Ik zet er toch mijn tanden in. Waarom? Omdat ik het denk ik toch wel kan. Uiteindelijk. Alla fin fine.

Written by Lotje Lomme

Lotje Lomme studeerde Italiaans in Utrecht en Geschiedenis in Bologna. Ze haalde haar C2-certificaat en geeft al 15 jaar Italiaanse les aan Nederlanders. Ze is gecertificeerd door de Università per Stranieri di Siena om Italiaanse lessen te mogen geven. Lotje verzorgde enkele online cursussen van Dit is Italiaans. Ze geeft privé lessen (ook op afstand) via haar taalschool Di' la tua.

Comments

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

staatsbezoek Italië

Terugblik op het staatsbezoek aan Italië

Sicilië - heerlijke gerechten van een Italiaans eiland

Sicilië – heerlijke gerechten van een Italiaans eiland