Over het algemeen waarderen Italianen het als je je best doet om hun taal te spreken. Er zijn echter een aantal veelgemaakte fouten in woorden die Italianen pijn doen in hun oren. Hieronder vind je een lijstje met 10 taalfouten die Italianen niet meer kunnen horen.
Inhoudsopgave
1. Expresso
De snelste manier om duidelijk te maken dat je een buitenlander bent, is door espresso uit te spreken als ‘expresso’.
2. De uitspraak van de ‘c’
Als de klinkers ‘a’ en ‘o’ volgen is de uitspraak hard, maar als er een ‘i’ of een ‘e’ volgt is de uitspraak zacht. Kijk maar naar het woord ‘cappuccino’. O, en ‘ch’ wordt dus als een ‘k’ uitgesproken.
3. Panini
Wil je een broodje en vraag je om ‘panini’, dan heb je dus eigenlijk grote trek. Waar wij panini als enkelvoud gebruiken, is het Italiaanse enkelvoud ‘panino’.
4. Grazi
Vergeet je de uitspraak van de ‘e’ aan het einde van grazie, dan verraad je onmiddellijk je buitenlandse afkomst. Gra-zi-eh, dus.
5. No problemo
Klinkt Italiaans, maar is het niet. Un problema, is Italiaans voor ‘een probleem’. Als iets geen probleem is, zeg je meestal nessun problema of non c’è un problema.
6. Persoonlijk voornaamwoorden gebruiken
Io sono… is strikt genomen niet fout, maar Italianen gebruiken het voornaamwoord ‘ik’ meestal niet, tenzij er speciaal nadruk op ligt. In het grootste deel van de gevallen is het niet nodig en verraadt het overmatige gebruik van ‘io’ jouw status als vreemdeling.
7. Dubbele medeklinkers
Dubbele medeklinkers in woorden worden in het Italiaans duidelijk uitgesproken. Doe je dat niet, dan doet het een Italiaan pijn aan de oren. Cappello (hoed) spreek je dus zo uit: kap-pel-lo. Accentueer je dubbele medeklinkers om te klinken als een Italiaan.
8. Por favor en gracias
Ja, het Spaans en het Italiaans lijken op elkaar. Maar vind jij het leuk om ‘bitte’ en ‘danke schön’ te horen? In het Italiaans wordt alsjeblieft per favore.
9. Valse vrienden
Italiaanse woorden als camera (kamer) en casino (bordeel of chaos) kunnen nog weleens voor verwarring zorgen. Lees hier meer over ‘valse vrienden’ in het Italiaans.
10. Woordgeslachten
In Nederland verwijzen we inmiddels zo ongeveer naar alles met ‘hij’ en ‘hem’ (zelfs een koe is al een hij), maar het Italiaans is nog wél gevoelig voor woordgeslachten. Vlamingen doen het wat dat betreft beter.
Maar in het Italiaans kun je het dan ook makkelijker afleiden. Woorden die op een ‘o’ eindigen zijn mannelijk en woorden die op een ‘a’ eindigen zijn vrouwelijk, wordt vaak gezegd.
Helaas is het in de praktijk vaak minder makkelijk en kunnen woorden in het meervoud ook weer afwijken van het gangbare. Het geslacht van elk woord uit je hoofd leren is eigenlijk de enige optie.
Bron: thelocal.it
Comments