Iets wat mij altijd heeft aangetrokken tot het leven in Italië is de kijk op het leven die de Italianen erop nahouden. In Nederland klagen we steen en been over het weer, de politiek, de hoge kosten van energie, de gezondheidszorg en wat al niet meer.
Ons favoriete thema om over te klagen blijft natuurlijk de NS. Want de trein is in Nederland altijd wel een paar minuten te laat, nooit gaat hij stipt op tijd. Ik raad alle fanatieke klagers aan om een aantal maanden in een stad als Rome het openbaar vervoer te gebruiken om je te verplaatsen. Gegarandeerd dat je bij terugkomst in Nederland die paar minuten vertraging van de NS voor lief zult nemen.
Pessimistisch denkbeeld
Nu is er op zich niets mis met klagen, iedereen klaagt wel eens ergens over. Maar klagen is in Nederland een soort volkshobby geworden waardoor het lijkt alsof er een lichtelijk pessimistisch denkbeeld heerst in Nederland. Natuurlijk wordt er ook in Italië geklaagd.
Over de crisis, de belastingen en Berlusconi bijvoorbeeld, maar aan het einde van de klaagzang wordt er een glas geheven en is alles vergeven en vergeten. Alsof het een soort uitlaatklep is. Even de negatieve energie eruit gooien zodat je weer helemaal in een positieve flow bent.
Straatartiesten
Vorig weekend drong het tot mij door hoe wezenlijk dit verschil van denken is tussen Nederlanders en Italianen. Samen met vrienden waren we naar het Castellaro Buskers-festival gegaan. Dit festival staat in het teken van straattheater en twee dagen lang nemen straatartiesten het kleine dorpje Castellaro Lagusello, gelegen in de provincie van Mantova, over. Gedurende deze twee dagen worden er verspreid over het dorp op verschillende locaties voorstellingen gegeven door de straatartiesten.
Hoosbui
Het was zondagavond en we gingen een van de afsluitende vuurshows bekijken. Terwijl de artiest bezig was met de voorbereidingen voor de act begonnen de eerste druppels regen te vallen. Ik heb het al eens eerder geschreven: zodra het begint te druppelen haken de Italianen met bosjes tegelijk af.
Achteraf gezien hadden ze dit keer voor de verandering wél groot gelijk om de koers huiswaarts te zetten. De artiest was in ieder geval niet bang voor een paar drupjes water en waarschuwde nog dat de act gewoon door zou gaan. Wij hadden inmiddels onze paraplu al open getrokken en samen met een gering aantal andere mensen bleven we dapper staan. De paar druppels water veranderden in enkele minuten in een complete hoosbui.
Bomvol café
Daar stonden we dan, met z’n vieren onder één paraplu en met de auto ver buiten het dorp geparkeerd. We besloten een run te nemen tot de eerste de beste schuilplek; een klein café. Dit was natuurlijk bomvol met mensen die hetzelfde gedacht hadden en dus stonden we daar met z’n allen te wachten tot de hoosbui voorbijging.
En toen gebeurde het. Onder de mensen die hun heil gezocht hadden in het café waren ook een paar muzikanten met hun instrumenten. De bongo’s werden direct uit de tassen gehaald en ze begonnen te spelen. Geleidelijk aan vielen ook andere mensen bij met geïmproviseerde instrumenten en vooraan in de zaal ontstond er zowaar een dansvloer. Natuurlijk vloeiden ook het bier en de wijn rijkelijk en als je niet beter zou weten, zou je niet zeggen dat er ook maar één persoon in het café aan het wachten was totdat hij daar weg kon.
Wat kome, komt
En dat vind ik nou zo mooi aan Italië, het leven wordt genomen hoe het komt. Het is roeien met de riemen die je hebt. En als het tegenzit dan doe je even je beklag en daarna wordt er het beste van gemaakt. Want het leven is te kort om alleen maar te klagen over alles wat niet goed gaat.
Comments