in ,

Column: kruipend tuingespuis

tuingespuis in Italië

Het kriebelt bij mij. Een beetje minder als het regent, maar zo gauw het zonnetje schijnt, is het er weer. De bloesems die langzaam aan de bomen komen verergeren het. Net als die groene waas die verschijnt. De eerste lentebloemen die bloeien.

Als het aan mij lag, trok ik mijn oudste spijkerbroek en dito trui aan en verdween ik. Maar ik moet nog van alles en dus wacht ik met moeite de eerste zonnige zaterdag af. Want dan ga ik, koste wat het kost. Naar mijn paradijsje van postzegelformaat. De trap af naar beneden, op weg naar mijn tuin.

Tuinkriebels

Die tuinkriebels van mij zijn eigenlijk iets van de laatste jaren. Vroeger had ik er absoluut geen last van. Tuinen, bomen, heesters, bollen, zaadjes en vaste planten, het kon me allemaal gestolen worden. Maar men verandert met de tijd en ik dus ook. Niks vind ik nu zo leuk als de tuin induiken zo gauw de lente in de lucht hangt. De boel weer klaarmaken voor het nieuwe seizoen. Bladeren bij elkaar vegen. Grind harken. Onkruid wieden. Rozen snoeien. Opkomende bloemetjes vertroetelen. Bolletjes de grond induwen. Zaadjes in de rondte strooien. En om alles net die extra boost te geven hier en daar een korrel mest.

Wroeten in de aarde

Echt, niks is zo ontspannend als met je handen in de aarde wroeten terwijl je je een voorstelling maakt van hoe alles straks groeit en bloeit. Hoewel, helemaal waar is het niet, ontspannen met je handen in de aarde te wroeten. Sinds ik in Italië woon, heeft wroeten in de aarde een extra dimensie gekregen. Dus draag ik handschoenen. Niet omdat ik mij niet tot ver in september met zwarte rouwranden onder mijn nagels in het openbaar wil vertonen. Nee. De reden is een heel andere.

Glibberaars en kruipers

Want het is heerlijk om lekker bezig te zijn in de tuin. Maar, en dat is puur persoonlijk, het is minder lekker om gezelschap te krijgen van al het geleedpotige tuingespuis dat na een lange winter ook weer van de eerste zonnestralen wil genieten. En dus op de meest onverwachte momenten tussen je vingers doorglibbert. Of over je handen heenkruipt. Of een andere manier laat blijken dat het er is.

Allemaal tuingespuis

Is dat nou zo erg, hoor ik je denken, wat stelt dat nou voor, zo’n beestje. Als je denkt dat het lengteverschil tussen de gemiddelde Italiaan en de gemiddelde Nederlander ook opgaat voor het verschil in grootte bij de beestjes in de tuin, niks natuurlijk. Maar dan heb je het wel absoluut mis.

Ik kan je namelijk garanderen dat het tuingespuis erg goed gedijt in het Italiaanse klimaat. Ze zijn namelijk allemaal net een slag of wat groter dan hun Nederlandse soortgenoten. En het zijn er meer. Veel meer. En in kleuren waar je niet meteen vrolijk van wordt. Zwartigbruin, grauwiggrijswit, zwart met rode strepen en vlekken, zilverachtig.

Als je daarbij bedenkt dat mijn hart in Nederland al sneller klopte bij het optillen van een kei, gevolgd door een hartverzakking bij het zien van een rondhobbelende pissebed, kun je je voorstellen dat werken in de tuin voor mij zonder handschoenen absoluut geen optie is. Heel eerlijk gezegd staat zelfs werken mét in de tuin af en toe gelijk aan een heuse ‘living on the edge’-ervaring bij een onverwachtse ontmoeting.

Het went wel… een beetje

Het went wel wat met de jaren, het gezelschap van al die beestjes. Ik ben nu mentaal voorbereid op tuingespuis. En schrik wat minder als er opeens weer zo’n voelspriet ergens onder vandaan komt rennen. Stenen blijven spannend. Niet meer vanwege meneer Pissebed en zijn familie. Die vind ik tegenwoordig zelfs koddig. Maar vanwege andere bewoners die er graag onder schuilen.

Het is daarom jammer dat het deze winter niet flink gevroren heeft. Gewoon, om die overbevolking tegen te gaan. Want na de temperaturen van de afgelopen maanden ben ik bang dat het vol gaat worden in mijn paradijsje. Qua groen en qua gefriemel. En dat ik niet alleen handschoenen aantrek, maar ook grover geschut in moet gaan zetten om letterlijk alles binnen de perken te houden!

Written by Myrthe Claus

Ons dagelijkse leven in Italië, dat in kleine dingen soms zo anders, maar vast toch heel herkenbaar is voor iedereen in Nederland, is de basis voor mijn column hier op Dit is Italië. Ik werk als freelance copywriter en schrijf voor en over (vrouwelijke) ondernemers.

Comments

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Het Italiaanse Bakboek

Het Italiaanse bakboek van Sarena Solari

Gallipoli Italië

Column: een bewolkte dag in Gallipoli