in

Italiaans leren zonder grammatica of woordenlijsten, kan dat?

Zonder grammatica Italiaans leren, kan dat?

Sommige mensen hebben een afkeer van grammatica. Vroeger waren ze er niet goed in op school, de taallessen waren stom en het heeft ze niet veel taalverwerving opgeleverd.

Grammatica: je moet er moeite voor doen om het te snappen en toe te passen, daar hebben ook veel mensen geen zin in. Dat zijn de belangrijkste redenen waarom mensen er niet van houden. O ja, en dan heb je ook nog die talrijke uitzonderingen.

Toch willen sommigen van hen wél de taal leren spreken. Ze horen dan verhalen van anderen die naar Italië zijn geweest en langere tijd bij Italianen in huis hebben gewoond en zodoende de taal hebben opgepikt zonder grammatica te bestuderen.

Dat klinkt goed! Je kunt inderdaad Italiaans leren door veel te spreken met Italianen. Naar ze te luisteren, fouten te maken en het zelf gewoon heel veel doen. Laat je corrigeren en je woordenschat uitbreiden tot een niveau waarbij je communicatief aardig wat kunt.

Weg met grammatica!

Sommige Italiaanse vloggers zijn er duidelijk over. Als je een taal wilt leren, moet je gewoon naar het land toe gaan en het zo veel mogelijk doen. Alberto van Italiano Automatico, een YouTube-kanaal met 102.000 volgers, laat er geen twijfel over bestaan. Veel mensen zweren bij Alberto’s boude uitspraken, maar ik twijfel aan zijn methode die leuk is als je een niveau A2 hebt of hoger, maar waar je als beginner weinig mee kunt.

Ook Paolo van litalianovero.it, een nieuwere podcast laat er geen twijfel over bestaan. Op zijn homepage schrijft hij in goed Italiaans: let’s throw away grammar.

Goed, bij nader onderzoek blijkt dan wel dat Alberto en Paolo geen taaldocenten zijn, maar influencers met een uitgesproken mening.

Ik denk dat de meeste taaldocenten wel door hebben dat je bij beginners toch langzaam moet spreken en een beperkte woordenschat moet gebruiken en dat het vertalen daarbij naar het Nederlands effectief is.

Ook lees ik over Cognitive Load. Je moet oppassen het werkgeheugen van studenten niet over te belasten als je doeltaal = voertaal hanteert.

Vroeger

Toen er nog een leraar voor de klas ging staan die je eventjes ging uitleggen hoe het allemaal zit, werd grammatica uitgelegd op een frontale manier die weinig creatief denken van een leerling vroeg en weinig stimulerend was.

Een leraar zette het schema op het bord, legde uit hoe je moest vervoegen en vervolgens ging je aan de slag met het schriftelijk toepassen van die grammaticale regels.

Zet de volgende 10 zinnen in de voltooid verleden tijd. Je ziet de leerlingen met hun tong uit de mond, peentjes zwetend nog voor je. Wéér een 4 voor de grammaticatoets.

De nadelen van de ‘formele benadering’

Veel studenten in Italie die taaldocent willen worden kiezen ervoor een DITALS- of CEDILS-certificaat te halen. Een soort didactische aantekening voor taalonderwijs. Bij deze studie moet je de historische ontwikkelingen weten in de taaldidactiek.

Deze geschiedenis begint bij de approccio formalistico, de formele benadering. Deze vorm van taalonderwijs begon in de 18e eeuw. Hierbij worden de grammaticale regels en het vocabulair aangeboden in de moedertaal van de studenten.

Bij mijn DITALS-examen moest ik de nadelen oplepelen van deze benadering die inmiddels ouderwets is in de taalles. De nieuwste benadering, volgens de Italiaanse universiteiten, is de approccio globale waarin leerlingen op alle mogelijke wijzen moeten worden ondergedompeld in de doeltaal.

Woordenschat en grammatica worden bij deze benadering als een onlosmakelijk geheel gezien, dat je niet apart moet beschouwen maar in praktische context moet bezien.

‘Je moet gewoon naar Italië’

Nou heb je drie soorten mensen.

  • Zij die nog steeds bij zweren bij het ouderwetse onderwijs van grammatica.
  • Zij die hun eigen methode hebben ontwikkeld op basis van kennismaking met andere methodes.
  • Zij die door dit soort oefeningen en leraren bang zijn geworden voor grammatica en zijn gestopt met het leren van een taal.

Omdat ze menen dat ze worden teleurgesteld en weer die angst moeten voelen van het niet correct uitvoeren van zo’n grammatica-opdrachtje. Toch zijn dit mensen die ook heel graag een andere taal zouden willen leren. What a waste!

Die studenten met een hekel aan grammatica (en de Italiaanse grammatica is extra moeilijk) denken vaak dat onderdompeling in de taal voor hen de enige methode is om Italiaans te leren. ‘Je moet gewoon naar Italië’, hoor ik dan.

Onderdompeling

Voor onderdompeling, een goede methode, hoef je gelukkig niet meer naar Italië. Of mee te doen met het programma: ‘Ik vertrek‘. Met internet kun je je overal onder laten dompelen in het Italiaans.

Natuurlijk snap ik dat thuis naar Rai Uno of YouTube kijken minder leuk is dan een terrasje pakken op het Piazza Navona. Maar het leven bestaat helaas niet alleen uit vakantie vieren.

Het is wel degelijk mogelijk een beetje vakantiegevoel mee te pakken in de avonduren na je werk en te genieten van het leren van het Italiaans. Maar het leren van het Italiaans is ook meer dan het vasthouden van een vakantiegevoel.

Vaak geef ik aan het begin van een cursus de leerlingen als huiswerk op: zoek nou eens op wat je leuk vindt in het Italiaans! Radio, internet, muziek. Stel je bloot aan het Italiaans en laat je leiden door je nieuwsgierigheid.

Daarnaast doen we in de les dus wat aan taalkunde. Die je vervolgens thuis moet gaan toepassen als je YouTube of Italiaanse tv gaat kijken of je conversatie oefent in de les, door middel van de monitor-functie. Volgende onderwerp.

Wat gebeurt er bij mensen in Nederland die Italiaans studeren zonder grammatica?

Als klein kind heb je geen grammaticaregels nodig. Kinderen worden ondergedompeld in de taal en leren grammaticale structuren door herhaling. We zijn echter geen kinderen meer en wonen ook niet in het land waarvan we de taal willen leren.

Als je in Nederland de taal leert zonder grammatica ontstaan fouten. Buiten Italië is het moeilijk om het grammaticale taalgevoel op te pikken dat je krijgt door onderdompeling in het land zelf. Een leerling op niveau A1 met een afkeer van grammatica en veel ervaringsdeskundigeid op Google Translate (wat zeker niet bevorderlijk werkt voor je grammaticale taalgevoel) appte me dit.

Mi piace la lingua italiana en nostre amici vicino a toscane dice pietro, tu parli come un bambino. Sono felice di pratica parlare italiano e ho bisogno tempo di pensare . Nostra amica parlati come lotje, sempre troppo veloce. Provo qualcosa. Mio memoria e google translate stati un matrimonia felice.

Om duidelijk te maken waar hij mee bezig was vertaalde ik zijn onsamenhangende woordenstroom:

Ik houd van de Italiaanse taal in onzer vrienden dichtbij Toscane zegt Peter, je praat als een kind. Ik ben gelukkig te oefen italiaans en ik heb nodig tijd om te denken. Onze vriendin praat je als lotje, altijd te snel. Ik voel iets. Mijn geheugen en google translate geweest een gelukkig huwelijk.

Op deze manier vraag je heel veel van je gesprekspartner. Als je er vriendelijk bij lacht komt het wellicht goed, maar niet iedereen heeft dit geduld. Op je vakantieplek waarbij je geld betaalt voor een vakantiehuisje en je gastheer sowieso je goedgezind is, daar wel ja. Of met vrienden.

Je zult echter geen contact leggen met de ober, want die heeft helemaal geen tijd om na te denken wat jij misschien bedoelt. De meeste mensen zijn niet geïnteresseerd in warrige verhalen. Voor acceptatie zul je meestal wat meer je best moeten doen.

Hoe belangrijk is correct spreken?

Mensen verschillen in wat ze kunnen verdragen qua misverstanden en taalkennisbeheersing. Sommigen maken makkelijk fouten, schamen zich niet en gaan makkelijk een conversatie aan. Ze vinden het geen probleem als er misverstanden ontstaan en hebben geen moeite om zich op een beperkte manier uit te kunnen drukken of hebben al snel het gevoel tevreden te zijn over hun taalbeheersing en ervaren geen frustratie bij imperfecties.

Als je er op die manier in staat is een niveau A2 prima. Maar kun je ook op die manier het A2-niveau bereiken vanuit het buitenland, vanuit Nederland of België? Onderdompeling kun je hier alleen imiteren als je een week naar een taalinstituut gaat voor een intensieve taalcursus waarbij je de hele dag niks anders doet én grammaticaal wordt gecorrigeerd en onderwezen. Hoe moet dat dan bij de reguliere groepscursussen waarbij je maar 90 minuten in de week hebt?

‘Goed spreken’ is relatief

Ik deed ook een oproep op Facebook voor mensen om met hun verhaal te komen over zelfstudie zonder grammatica. Jacqueline Broekhuizen, ook docent Italiaans, vertelde dit verhaal:

Een Nederlandse vriendin van mij met een huis in Toscane, spreekt een aardig woordje Italiaans en kan zich eigenlijk in elke situatie prima redden. Zij heeft de taal geleerd zonder grammatica of boek, maar gewoon door met de buren en zo te praten, tv te kijken enzovoorts. Afgelopen zomer maakten zij en haar man een reis door Italië en kwamen terecht in een leuk hotel in Puglia. De eigenaresse complimenteerde haar met haar goede Italiaans (ma come parla bene, brava, complimenti) en zij voelde zich heel trots. Op een gegeven moment vroeg de eigenaresse hoe het kon dat zij zo goed Italiaans sprak, waarop mijn vriendin vertelde dat ze een huis in Toscane had. Aha, zei de eigenaresse en hoelang heeft u dat huis al? Waarop mijn vriendin antwoordde: da 17 anni. Onmiddellijk was de reactie van de eigenaresse: 17 anni, e ancora fa tutti questi errori (17 jaar en dan maakt u nog steeds al deze fouten!”)

Grammatica lijkt mij onvermijdelijk

Je kunt jezelf als doel stellen niveau A2 te halen. Dan kun je leuke, oppervlakkige gesprekken voeren zonder dat het ingewikkeld wordt. Ik geloof wel dat je niveau A2 kunt halen zonder grammatica te doen en door veel te imiteren in Italië. Maar dan moet je dus wel een jaartje naar Italië toe en verblijven bij een gastgezin.

Alle grammaticale vormen tot en met niveau A2 worden in het dagelijkse gebruik veelvuldig gehanteerd. Iedereen gebruikt dagelijks de voltooid en onvoltooid verleden tijd en de toekomende tijd. Als je deze veel hoort en veel herhaalt kun je ook op oudere leeftijd zonder grammatica niveau A2 bereiken. In Italië kun je door langdurige onderdompeling het leerproces van een kind imiteren.

Met 90 minuten kostbare tijd bij een groepsles in de week, is onderdompeling niet te realiseren. Oké, lees- en luistervaardigheid kun je verbeteren met internet in je eigen tijd. Dat zal de docent je ook zeker aanraden.

Als je privéles neemt kun je iemand betalen om met jou je mondelinge vaardigheid te verbeteren en alleen op die vaardigheid te focussen. Ook die docent zal jou echter willen helpen om beter Italiaans te gaan spreken en zal je grammatica uitleggen.

Als je een cursus doet waarbij je een boek leest zal jij je als student afvragen: waarom is deze zin zo opgebouwd? En daar gaat de juf weer. Grammatica en kennisverwerving moeten noodzakelijkerwijs die strategie van onderdompeling in het buitenland vervangen. Bij de ene school is het 10% van het programma, bij een andere school 60% van het programma, maar weinig scholen zullen je in het geheel de Italiaanse grammatica onthouden.

Grammatica gaat over woordsoorten (lidwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord enzovoorts) en zinsdelen (onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp enzovoorts). Je leert hierin op welke wijze woorden en zinnen zich in welke situaties hetzelfde gedragen.

Het is het wetenschappelijke model van de taal dat bij benadering goed past op de veelzijdige werkelijkheid die taal is in de praktijk. Met dat model kunnen jouw hersens aan de slag om correct Italiaans te produceren. Je moet ervoor nadenken en voor werken, ik vind dat zelf niet heel onlogisch klinken. Als je de structuur van een taal begrijpt lijk je een motor voor je vooruitgang te hebben en dat is makkelijk, want je moet toch vooral heel veel kilometers maken om een taal te leren.

Ik oefende vroeger op de middelbare school wel mijn mondelinge vaardigheden, maar dat stond een beetje los van de grammatica. Ik kan me niet herinneren dat een leraar tegen me zei dat ik grammatica kon toepassen in een gesprekje en ben daar volgens mij zelf pas achter gekomen toen ik 22 was! Toen ging ik wel met sprongen vooruit.

Volgens Krashen, een wetenschapper op het gebied van tweede taalverwerving, heet dit de monitorfunctie. Terwijl je praat, kun je bedenken hoe je iets grammaticaal correct moet uitspreken. Je zegt dan iets, denkt aan de grammatica en denkt dan: O nee! Het is moet zijn…

De kennis die je hebt geleerd, ga je toepassen en zo kun je de stap maken van een schemaatje leren naar nuttige en handige kennis verwerven.

TPR Storytelling

Er lijkt wel degelijk een trend, want in Nederland zie ik aandacht voor de methode van TPRS. De afkorting staat voor Total Physical Response Storytelling. Het idee van die methode is dat je leerlingen onderdompelt in de doeltaal en in cirkelbewegingen een basiswoordenschat aanleert.

Grammatica wordt daar alleen ingezet als troubleshooter van problemen die leerlingen ondervinden. Woordenschat wordt opgebouwd door middel van conversatie. Dit vind ik toch wel heel interessant en een school in Hoofddorp organiseert hierin cursussen voor docenten om deze methode te kunnen gebruiken. Deze zomer heb ik me een beetje verdiept in de methode en ik wil het wel gaan proberen in de klas en ook, indien mogelijk, de driedaagse cursus volgen.

Toch is ook deze onderwijsvernieuwing niet zo heel nieuw. De metodo diretto van begin 1900 focuste zich ook op de mondelinge taaloverdracht van de native speaker en de actieve participatie van de student. De methode reageerde op de formele benadering die daarvoor in zwang was, waarbij veel werd vertaald en alleen de grammatica werd uitgelegd.

Nieuw van TPRS ten opzichte van de metodo diretto is dat ze werken aan een basiswoordenschat voor beginners en dat ze conversaties doen in cirkels. Er wordt veel herhaald en het format voor een conversatie wordt telkens beetje bij beetje verder uitgewerkt. De vraag is echter of je in 90 minuten per week dat grammaticale taalgevoel kunt overdragen zonder uitleg. En of je echt evenveel leert als in een meer traditionelere les.

Om een beetje een idee te krijgen van de methode hier een filmpje. Er zijn hele mooie reclamefilmpjes van, maar zo gaat het in de praktijk.

Total Physical Response Storytelling

Grammatica is geen doel op zich meer

Wij doen bij mij in de les dus wel aan grammatica. Ik geloof er in, omdat ik zelf heb gemerkt hoe het me heeft geholpen in het leren van de taal, vooral vanwege die bovenstaande monitorfunctie. Tegenwoordig proberen taaldocenten grammatica echter inductief te onderwijzen.

Hoe gaat dat bij mij in de les? We lezen een Italiaanse tekst, kijken naar een video of hebben een gesprek en daarna probeert de docent de studenten de grammatica zelf te laten ontdekken. Ik doe dit in het Nederlands. Ik kan dan vragen:

  • Waar verwijst dit woord naar?
  • Zijn er nog meer van dit soort woorden in de tekst?
  • Zijn er verschillen tussen die woorden en waarom verschillen zij?
  • Hoe weet je dat?

Uiteindelijk komt de leerling dan zelf tot grammaticaal inzicht. De juf mag weten dat het een voornaamwoord is. Italianen noemen dit de socratische methode, in Nederland noemen we het een onderwijsleergesprek. Als je snapt wat het is, ga ik je als juf dwingen om het te gebruiken en het toe te passen in Italiaanse gesprekjes. Dan moet je de kennis vastleggen in het lange termijngeheugen.

Grammatica heeft dus veel meer een instrumenteel doel gekregen. Het is een middel om beter en effectiever te kunnen communiceren. Communiceren staat voorop, niet de grammaticale correctheid.

Twijfelende studenten

Als laatste is daar dan nog de reactie of feedback van de studenten. Uit onderzoek bleek dat studenten bij de moderne benadering van activerende didactiek zelf veel twijfels hebben of dat wel zo effectief is. Hoewel uit onderzoek blijkt dat ze meer leren, doet een ouderwetse docent met een goed verhaal en weinig interactie het in de evaluaties van studenten vaak beter. (Deslauriers, McCarty, Miller, Callaghan en Kestin 2019).

Zoals ik het lees komt die negatieve waardering van activerende didactiek doordat je er harder voor moet werken. Er staat meer ter discussie en daardoor zijn er tijdens de les meer vragen geweest. De vragen en twijfels zijn voor veel mensen dan toch zichtbaarder dan hun (grotere) leerrendement.

Zo blijkt de observatie van Dora Gatti, mijn docent didactiek Italiaanse taal, maar weer eens eens ter meer waar. Je moet niet doen wat de studenten willen als docent, maar je moet doen wat jij denkt dat goed voor ze is.

Woordenlijsten en woorden leren zonder lijsten

Bij mijn Italiaanse studie didactiek van de universiteit van Siena (DITALS 1) leer je dat woorden leren zonder context, (de ouderwetse woordenlijsten dus) weinig zin heeft. Als je niet kennis maakt met nieuwe woorden in een betekenisvolle zin, dan zal het niet blijven hangen. Ik heb het idee dat veel Italianen geen woordenlijsten kregen op school.

Toch werden en worden op de meeste Nederlandse scholen wel woordenlijsten geleerd. Tegenwoordig zijn er ook scholen die leerlingen zelf hun woordenlijsten laten maken of gebruik maken van een app zoals Quizlet. Ook lees ik in Nederland over theorieën dat je wel woordjes moet aanbieden, maar dan een beperkt aantal die thematisch bij elkaar passen en die je bovendien een paar keer terug laat komen en herhaalt.

Voor het leren van een vreemde taal zul je woordjes moeten leren, vocabulaire moeten verwerven. Heel veel woordjes. Maar hoe je dat doet staat open. Natuurlijk kun je lijsten leren achter in je boek, maar je zult zien dat dat niet goed blijft hangen (zeker als je wat ouder bent, hoewel er wel wat tips voor zijn). Hoe kun jij al die Italiaanse dingen in je koppie krijgen?

Mijn ervaring is dat de beste leerlingen niet de leerlingen zijn die hun woordjes leren van een woordenlijst. De goede leerlingen pikken woordjes op uit het gebruik van de taal. Woordjes leren zonder lijsten. Zij stellen zich bloot aan het Italiaans. Proberen artikelen te lezen, muziek te luisteren, gesprekken aan te knopen met Italianen. Zij hebben daardoor meer context om een nieuw woord aan te koppelen en context is essentieel voor het leren van nieuwe woorden, zo blijkt uit hersenonderzoek. Zij gebruiken hun eigen interesse als basis voor het opdoen van nieuwe kennis. Wees leergierig, hongerig naar kennis. Klik door, zoek op, lees verder. Laat je niet hinderen door moeilijkheden, denk positief, zie uitdagingen.

Hoe dat werkt? Bij mij associatief: je begint met een interesse voor Eros Ramazzotti, je ziet op zijn Facebookpagina dat hij een duet heeft gemaakt met Elisa. Die Elisa ga je opzoeken op Spotify. Je luistert een filmpje van haar en zoekt vervolgens op internet de tekst van het liedje en bekijkt op YouTube haar videoclip.

In het liedje heeft Elisa het over gioia, dat zoek je op in je woordenboek. Later zie je dat Gioia ook een meisjesnaam is in een krantenartikel dat gaat over heupbreuken bij ouderen dat je ging lezen omdat je moeder net een nieuwe heup heeft. Je leert het Italiaanse woord voor heup en je vraagt je af of er spreekwoorden zijn met het woord ‘heup’, zoals in Nederland ‘het op je heupen krijgen’ en dus google je ‘proverbi anca‘. Zo kom je er achter dat je in het Italiaans dan zegt ‘ho la luna storta‘.

Om een vreemde taal te kunnen spreken heb je vocabulaire nodig. Zo zegt een artikel in het NRC dat een minimum van 3.000 woorden nodig is om je uit te kunnen drukken en een studie te kunnen doen. Een hoogopgeleide Nederlander zou een woordenschat hebben van zo’n 60.000 woorden.

Het Bureau Taal dat in het artikel wordt genoemd maakt informatie toegankelijk voor buitenlanders op een A2-niveau en gaat daarbij uit van 7.000 woorden. Een interessant artikel dat bij u de vraag oproept: hoe kan ik mijn Italiaanse woordenschat vergroten?

Bij het leren van een andere taal hoort zeker het vergroten van je vocabulaire. Maar hoe kun je dit effectief doen? Hoe leer je zoveel mogelijk woorden in zo weinig mogelijk tijd? Erg inspirerend vond ik het verhaal van Hasan Fakhane, een vluchteling die die liet zien dat hij écht heel graag Nederlands wilde leren. Hij plakte 2.000 Nederlandse woorden op briefjes in zijn woning zoals je in dit artikel kunt lezen en zien. Maar wellicht niet ideaal voor je leuke VT Wonen-interieur.

Hier volgen mijn tips voor het vergroten van je vocabulaire.

1. Volg je interesses

Volg je eigen interesses en schrijf woordjes op die je tegenkomt en die je niet kent. Als een woord je interesse heeft is deze makkelijker te onthouden. Dus als je naar een liedje luistert vraag je je af: wat zou innamorare eigenlijk betekenen? Zoek het dan op en schrijf het op. Zorg ervoor dat je op social media, kranten, muziek en films maximaal met het Italiaans in aanraking komt, ga houden van alles Italiaans en verwonder je.

2. Gebruik je verbeelding

Wat ik zelf fijn vond als ik niks te doen had (in de trein, bij een wachtruimte, de bushalte, de rij van de supermarkt etc) is me situaties in te beelden waarin ik zou moeten spreken en me dan bedacht wat ik zou moeten zeggen en hoe. De vakkenvuller aanspreken als ik wil weten waar de ingeblikte kikkererwten liggen in de supermarkt. De buschauffeur vragen of hij me wilde waarschuwen bij het naderen van een bepaalde halte. Wat zou die persoon voor reacties kunnen geven en hoe zou ik daar dan weer op reageren? Je gaat jezelf dan vanzelf dingen afvragen en nieuwe woorden opzoeken.

3. Leer nuttige woordjes en gebruik een goede app.

Leer woordjes die je nodig hebt. In methodes staan vaak allerlei woorden die je nodig hebt voor het maken van een oefening. Deze heb je niet altijd nodig in de praktijk. Ik zou daarom ook iedereen willen aanraden dit boek van ALMA edizioni aan te schaffen. In dit boek staan de 1000 meest gebruikte Italiaanse woorden, wel zonder de vertaling erbij in het Nederlands. Hoewel het een woordenlijst is zonder de betekenissen in het Nederlands, ben je er wel zeker van dat je de woorden zult gebruiken. Het opzoeken van de juiste betekenis van de woorden is weer een nuttige oefening op zich. Als je al iets gevorderd bent is er ook een versie voor gevorderden met de 1000 – 3000 meest gebruikte woorden in het Italiaans. Als je het ingewikkeld vindt dit boek aan te schaffen kun je ook deze online woordenlijst met meest gebruikte werkwoorden uitprinten, of deze lijst met de 1000 meest gebruikte woorden. Ik ben er mee bezig een vertaling te maken van deze lijst en deze lijst op te nemen bij Quizlet die veel leerlingen gebruiken. Vooral Quizlet ben ik zeer enthousiast over, dit is een uitstekend middel (een uitstekende app) om woordjes te leren. Je maakt een account aan en vervolgens kun je heel makkelijk je woordjes leren, op een speelse manier.

4. Stel veel vragen

Als je in Italië bent: praat veel, maak veel fouten en stel veel vragen over hoe je het correct moet doen of vraag naar de betekenis van woorden. Wees niet bang voor gezichtsverlies en vraag je bij kritiek altijd af of deze wel terecht is. Als beginner en near native speaker ontvang je vaak lof. Als halfgevorderde hoorde ik echter soms een gefrustreerde “ik begrijp je niet”, “dat kun je niet zeggen” of schakelden Italianen zonder het te vragen over naar het Engels. Sommige mensen reageren vermoeid en willen je niet echt begrijpen. Niet iedereen heeft geduld met buitenlanders. Zoals je zelf ook ziet in de omgang van Nederlanders met buitenlanders.

5. Ga houden van alles wat Italiaans is     

Word een irritante italofiel! Oké, dat hoeft ook niet. Je hoeft niet alles kritiekloos te omarmen. Betaal gewoon je belastingen, doe geen handschoenen aan bij de fruitafdeling van de supermarkt (hoeft niet bij de AH), wees vriendelijk voor immigranten en gebruik geen anglicismes omdat Italianen dat doen, okay????  Maak een selectie! Niet Ferrari, wel Lamborghini, niet Juventus, wel Atalanta Bergamo, niet Eros Ramazzotti, wel Mina Mazzini, wel panettone, geen pandoro, wel pasta, geen risotto. Ontwikkel je mening en zorg ervoor dat je hem kunt onderbouwen met authentieke facts uit il bel paese. Dan mag je van mij een Salvini aanhanger worden die houdt van AC Milan, pasta carbonara en Ligabue. Ik zal mijn best doen om je anders-zijn te begrijpen en zal trots op je zijn dat je je mening goed onderbouwt, in het Italiaans.

6. Luister muziek van mijn Spotify-afspeellijst    

Verwonder je, luister, luister nog eens, verwonder je. Wat is dat voor iets? Hè, wat zingt ie nou? Dat is raar! Luister nog eens. Zou dat kloppen? Vraag het na, heb het er over. Terwijl je strijkt, de afwas doet of de aardappels schilt. En vind je het verschikkelijk wat er op mijn speellijst staat? Overslaan dan! Vind je die éne wel heel leuk, klik dan door naar de artiest en luister zijn / haar andere liedjes.

7. Zoek een Italiaans taalmaatje via de Tandem Linguistico Facebookgroep

Dit is een groep waar je een taalmaatje kunt vinden met wie je kunt chatten, mailen, bellen of afspreken om elkaar te helpen met de taal. Jij helpt een Italiaan met zijn Nederlands, hij/ zij helpt jou met je Italiaans.

8. Volg op social media je interesses

Italiaanse artiesten, Italiaanse nieuwssites, Italiaanse tv persoonlijkheden, Italiaanse koks. You get the picture. Als het maar in het Italiaans is. Probeer wat te lezen, teksten te ontcijferen. Ga niet een heel artikel vertalen, maar kies per artikel maximaal 8 woorden uit om op te zoeken. Sleutelwoorden waar je wat aan hebt voor de rest van je (Italiaanse) leven. Kijk op YouTube voor beeld, ook een onuitputtelijke bron van informatie. Social media zijn interactief, je kunt ook reageren. Laat je niet ontmoedigen als een zeikerd je wijst op een spelfout. Het is kenmerkend voor die zeikerd, er is niks mis met jouw Italiaans. Je mag toch zeker fouten maken? Ga in discussie met Italianen als je daarvan houdt. Over borstvoeding, klimaatverandering, Salvini, glutenvrij eten: alle controversiële dingen waar mensen uitgesproken meningen over hebben.

9. Kijk naar Italiaanse films, series, docu’s en kookprogramma’s op Netflix  en luister naar podcasts.

Zet de audio én ondertiteling op Italiaans, daar heb je het meeste aan. Snap je niet alles? Dat hoort zo! Daar leer je van. Maar ondertussen leer je dingen. Je kunt ook naar de RaiUno kijken als je deze kunt ontvangen. Een goed tv programma voor beginners is de quiz L’eredità om 18:45. Met meerkeuzevragen.

Zo doe je dat dus, woordjes leren zonder lijsten. Ik wens je veel succes. Heb jij ook  nog een goede tip? Laat die hieronder achter in een reactie.

Written by Lotje Lomme

Lotje Lomme studeerde Geschiedenis in Bologna en Italiaans in Utrecht. Ze geeft al 15 jaar Italiaanse les, verzorgde enkele online trainingen van Dit is Italiaans en geeft privélessen via haar taalschool Di' la tua in Schoonhoven.

Comments

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Acquabona

Column: Acquabona

In de herfstvakantie naar Toscane

In de herfstvakantie naar Toscane